Onlangs werkte ik mee aan een artikel op het Algemeen Dagblad over het hebben van een postnatale depressie en wat het met je partner kan doen. Aanleiding hiervan waren de blogs die ik geschreven heb over mijn eigen postnatale depressie. Ik besefte mij weer eens hoe ik van een taboe naar mijn grootste kracht ben gegaan. En ik ben zo ontzettend trots daarop. Het is iets wat ik te weinig deel. Dus daarom dat ik dat nu doe.

Zeven jaar geleden (2014)

Zeven jaar geleden kwam er bij mij een postnatale depressie aan het licht. De details van het hoe en wat laat ik even achterwege, maar het was zwaar. Ik was voor het eerst moeder geworden en dan heb je van die depressieve gevoelens, je wilt je bed niet uit. En de enige reden om wel het bed uit te komen was mijn dochter. Voor haar kwam ik mijn bed uit, voor haar wilde ik door blijven vechten. Maar ik zag alles zwart en donker en er was dus totaal geen roze wolk.

Wat ik wel deed was schrijven. En dan niet in een letterlijke dagboek, maar in een digitale dagboek. Op het internet. Op een blog. Op mijn persoonlijke blog Meisje Eigenwijsje. Dat schrijven was voor mij echt mijn houvast, het enige linkje wat ik had met de buitenwereld. Ik schreef over hoe ik me voelde, hoe het is om een postnatale depressie te hebben en ik merkte dat ik hier ook weer veel kracht uit haalde. Doordat ik deze blogs deelde online waren er ook veel andere mensen (naast familie en vrienden) die dit lazen. En daar zaten ook moeders bij die hetzelfde meemaakten of mee hadden gemaakt. Ik kreeg dan ook dagelijks berichten binnen van vrouwen die het zo fijn vonden om eindelijk eens een ervaringsverhaal te lezen. Om ook eens iets herkenbaars te lezen behalve de vele artikelen met feiten en cijfers.

Veel tegenwind

Ik heb ook veel tegenwind gehad. Veel tegengas. Veel mensen om me heen die niet snapten dat ik dit zo openbaar wilde delen. Je praatte hier toch niet over met vreemde mensen. Dit hoeft toch niet iedereen te weten? Wat nou als ik in de toekomst een nieuwe baan wil, je komt nooit meer aan de bak. Je wordt telkens gelinkt aan die depressie. Dat hoorde ik aan heel veel kanten. Gelukkig werd ik door de belangrijkste persoon in mijn leven sowieso gesteund. Mijn man. Hij vond het goed dat ik het deelde en hij zei ook dat hij zag wat ik ermee kon bereiken. Voor mezelf maar ook voor anderen.

En dat voelde ik zelf dus ook zo. Ik voelde gewoon dat ik mijn verhaal moest delen. Voor mij was het geen taboe. Ik wilde er anderen mee helpen. Hen inspireren, laten voelen dat ze niet alleen zijn. Ik wilde ook laten zien hoe een postnatale depressie kan zijn. Het is in veel artikelen zo statisch. Zo zwart wit. Je leest vaak over een afkeer hebben naar je kind. Of er geen liefde voor voelen. Terwijl die liefde voor mijn kind juist hetgeen was wat me erdoor heen hielp. Het moederschap staat namelijk los van de depressie. Al komt de depressie wél door de hormonen die je door het moederschap krijgt.

Anderen helpen door mijn verhaal te delen

Door mijn verhaal te delen hielp ik anderen. En nu zeven jaar later help ik er nog steeds anderen mee. Mijn verhaal wordt nog steeds gevonden en gedeeld. Ik krijg nog steeds berichtjes van vrouwen via social media of email dat ze mijn verhaal hebben gevonden. Dat ze het zo fijn vinden om dit soort dingen te lezen. Dat ze het zo mooi vinden om te zien hoe ik nu ben, hoe ik nu in het leven sta. Dat ze daar kracht uit halen.

Dus mijn verhaal. Het grote taboe. Dat is mijn kracht geworden. Want doordat ik het ging delen en de respons die ik erop kreeg heb ik gezien wat het doet wanneer je jezelf kwetsbaar opstelt. Wanneer je jezelf echt laat zien. Het trekt de juiste mensen aan. Het trekt de mensen aan die het nodig hebben. Het trekt de mensen aan die bij jou passen. En nu nog steeds deel ik dus precies wie ik ben. Dit is wie ik ben. En ik deel de goede dingen en de minder goede dingen. De successen en de flaters. En het werkt. Want het is echt.

Laat jezelf zien

Ook als ondernemer zijnde twijfel je misschien nog heel erg over het delen van je verhaal. En let op: ik bedoel niet dat je perse zo’n zwaar verhaal moet hebben zoals ik heb (vertelt). Je hoeft geen depressie te hebben gehad of een burn out om je verhaal te delen. Maar er is wel iets wat jij hebt meegemaakt, gevoeld, gedaan, geleerd in jouw leven wat jij kunt delen met anderen waarmee jij ze helpt. Ik weet gewoon dat jij anderen helpt. Op jouw manier. Op welke manier dat ook is. En dat er dus dingen zijn in jouw leven, dat kunnen hele kleine dingen, anekdotes en verhalen zijn, kan van alles zijn Maar jij hebt een verhaal te vertellen. jij hebt jezelf om te laten zien. Want mensen haken daar op aan.

Er zijn vast honderden mensen die hetzelfde doen als wat jij doet. Ik ben zelf insta juf, een content fabriek, maar daar ben ik echt niet de enige in. Er zijn zoveel meer mensen die dit ook doen. Dus waarom komen mensen bij mij? Om mij. Om wie ik ben. Om wat ik deel. Om wat ik uitstraal. Hoe ik ze inspireer. De herkenbaarheid die ze voelen bij mij. Omdat ze zien dat ik ook maar gewoon een mens ben. Het voelt soms als een strategie. Want “jezelf laten zien” is een strategie. Maar dat is het niet. En ergens ook weer wel. Maar het is een strategie gericht op gevoel. Op puurheid en echtheid. Het is zo belangrijk om te gaan delen wie jij bent. Want daarmee haal jij zoveel meer binnen voor jezelf. En dan doel ik niet perse op geld of klanten. Maar je trekt er anderen mee aan.

Ik maakte van een taboe mijn grootste kracht. En ik weet zeker dat jij met jouw verhaal en jouw eigen persoonlijkheid de grootste kracht kunt zijn in je bedrijf. En in je uitingen. Daar help ik je dan ook graag mee.